Direct naar artikelinhoud

Consultatiebureaus onderzoeken alle kinderen op tekenen autisme

Baby's en peuters worden vanaf volgend jaar intensiever onderzocht op signalen van autisme door consultatiebureaus. Het wordt volgens deskundigen steeds duidelijker dat er aan autisme iets te doen is en dat vroeg behandelen effect heeft. 'Hoe eerder het wordt ontdekt, hoe beter', zegt de Leidse hoogleraar orthopedagogiek Ina van Berckelaer.

Twee jonge kinderen worden gecontroleerd door een medewerker van het consultatiebureau.Beeld Martijn Beekman

De consultatiebureaus werken vanaf volgend jaar met acht 'alarmsignalen' voor autisme. Die zijn opgenomen in een signaleringslijst, het van Wiechenschema, die al langer werd gebruikt.
 
Zo zou een kind vanaf acht weken moeten lachen naar zijn ouders, en vanaf twee jaar zinnetjes moeten maken van twee woorden. Ook wordt gekeken of het kind contact maakt en interesse heeft in anderen. Als er te veel alarmsignalen achter elkaar op rood staan, wordt het kind verder onderzocht.

Spanningen

Kinderen met autisme krijgen hun diagnose nu gemiddeld rond de zes jaar. Consultatiebureaus willen die leeftijd omlaag brengen. 'Met vier jaar moeten de meeste kinderen er wel uitgehaald zijn', zegt Van Berckelaer, een van de samenstellers van de nieuwe richtlijn over autismespectrumstoornissen.

Dit is niet te vroeg, zegt Van Berckelaer. 'Het zijn vaak moeilijke kindjes, ook is er aan de buitenkant niets te zien. Dat heeft een enorme impact op ouders, die juist wel ervaren dat er iets niet klopt. Als je het laat ontdekt, zijn deze kinderen soms al helemaal vastgelopen.'

Omdat het contact tussen ouders en kind niet goed verloopt, zorgt dat in het gezin vaak voor veel spanningen. 'Tachtig procent van de ouders van kinderen met autisme maken zich al zorgen voordat hun kind twee jaar is', zegt gz-psycholoog Iris Servatius-Oosterling van Karakter Universitair Centrum Nijmegen, gespecialiseerd in kinderen met autisme. 'Ze voelen vaak al heel lang dat er iets niet klopt. Maar daarop wordt nu vaak te laat gereageerd.'

Reportage: behandeling autisme

Raoul heeft klassiek autisme. De Volkskrant volgde de behandeling van dit tweejarige jongetje. Voor het eerst in zijn leven maakt hij oogcontact (+)

Er is lang gedacht: als je autisme hebt, dan valt daar weinig aan te doen. Maar dat achterhaalde idee begint te veranderen
Iris Servatius-Oosterling, gz-psycholoog, Universitair Centrum Nijmegen

Behandeling

Wetenschappelijk gezien groeit het bewijs dat bepaalde behandelingen van autisme effect hebben, stellen de verschillende deskundigen. 'Er is lang gedacht: als je autisme hebt, dan valt daar weinig  aan te doen', zegt Servatius. 'Maar dat achterhaalde idee begint te veranderen.'

Juist daarom moet zo vroeg mogelijk worden begonnen, zegt klinisch psycholoog Claudine Dietz van Altrecht in Utrecht. 'Als kinderen klein zijn, is de 'plasticiteit' van de hersenen het grootst. Dat betekent dat je juist op heel jonge leeftijd  kinderen het meest kunt leren.'

In Nederland worden verschillende behandelingen gegeven, waaronder Pivotal Response Treatment (PRT). Dit is een methode  waarbij kinderen voortdurend worden gestimuleerd om goed contact te maken. In de therapie wordt uitgegaan van dingen die het kind interessant vindt.

Symptomen verminderen

De Volkskrant volgde de behandeling van een tweejarig jongetje dat het afgelopen jaar hiermee werd behandeld.  'In het begin was er heel moeilijk contact met hem te krijgen', vertelt Servatius. 'Nu, driekwart jaar later, lacht hij naar zijn ouders en laat hij gericht klanken horen als hij iets wil. Ik weet zeker dat hij nog steeds in een hoekje zou zitten, als zijn ouders dit niet zo intensief hadden aangepakt.'

Autisme is niet volledig te genezen, waarschuwt ze. 'Goede behandeling kan symptomen sterk verminderen, maar een kind met autisme blijft zich toch vaak anders ontwikkelen dan andere kinderen.'

Ongeveer 1 procent van de bevolking heeft een vorm van autisme. De eerste signalen zijn soms te herkennen als een kind één tot anderhalf jaar oud is. Een diagnose kan vanaf twee jaar betrouwbaar worden gesteld.

Toch gaat het consultatiebureaus in eerste instantie vooral om het herkennen van signalen, zegt Van Berckelaer. 'We willen vooral kwetsbare kinderen extra ondersteunen. Een label is dan nog niet meteen nodig.'

Zal dit leiden tot een toename van kinderen met autisme? Nee, zegt psycholoog Dietz. 'Ze worden er alleen eerder uitgehaald.'

'Ik spreek regelmatig met artsen over dit onderwerp. Soms kom ik er een tegen die zegt: ik verwijs een kind onder de vier nooit door. Maar daarmee ontneem je een kind zoveel. Vaak staan kinderen dan lang stil in hun ontwikkeling: doordat ze geen contact maken, leren ze te weinig.'

Ongeveer 1 procent van de bevolking heeft een vorm van autisme

Betrokken ouders

Er zijn verschillende behandelingen die effectief zijn, zegt Dietz. 'Belangrijk is dat de ouders erbij worden betrokken. In Amerika heb je ook therapieën van dertig uur per week, of meer. Maar dat is in Nederland ondenkbaar.'

Daarmee wijst ze ook op het gevaar van ouders die niet meer kunnen stoppen. 'Voor sommige mensen is the sky the limit. Die huren veertig uur per week professionals in. Maar ik heb ouders gezien daar aan onderdoor zijn gegaan. En broertjes en zusjes die eronder leden. Je kunt kinderen heel veel leren.  Maar de vraag is: ten koste van wat?

Historica Angela Crott, die promoveerde op het beeld van jongens en daar verschillende boeken over schreef, vreest wel dat er steeds minder tolerantie komt voor ander gedrag. 'Kinderen doen soms rare dingen, maar die gaan vaak ook gewoon weer over. Er wordt veel te snel gezegd dat iemand afwijkt.'

In Amerika heb je ook therapieën van dertig uur per week. Dat is in Nederland ondenkbaar
Claudine Dietz, klinisch psycholoog